Skip to main content

Statuten

Inleiding

De Vereniging Voor Biometrie & Identiteit (VVBI) is opgericht op 25 januari 2013 door René Besselink, Ruud Huijts, Anton Kuip en Werner Roest. De eerste Algemene Vergadering van de VVBI heeft op 10 april 2014 ingestemd om de Vereniging volledige rechtsbevoegdheid te laten verkrijgen. Bij besluit van de tweede Algemene Vergadering van de VVBI van 26 maart 2015 zijn voorliggende statuten vastgesteld en is besloten de statuten te doen opnemen in een notariële akte. De akte is op 21 april 2015 bij notaris Lunenborg te Alblasserdam gepasseerd.

Artikel 1: Begripsbepalingen

In deze statuten wordt verstaan onder:

  • Algemene Vergadering: het orgaan van de Vereniging dat wordt gevormd door stemgerechtigde leden van de Vereniging;
  • Bestuur: het Bestuur van de Vereniging;
  • Schriftelijk: bij brief, telefax of e-mail, of bij boodschap die via een ander gangbaar communicatiemiddel wordt overgebracht en elektronisch of op schrift kan worden ontvangen mits de identiteit van de verzender met afdoende zekerheid kan worden vastgesteld;
  • Vereniging: de rechtspersoon waarop deze statuten betrekking hebben.
Artikel 2: Naam

De Vereniging draagt de naam: Vereniging Voor Biometrie & Identiteit.

Artikel 3: Zetel

De Vereniging heeft haar zetel in de gemeente Hendrik-Ido-Ambacht.

Artikel 4: Doel
  1. De Vereniging heeft ten doel:
    1. vertegenwoordigers van het bedrijfsleven, kennisinstituten, overheid en burgers in staat te stellen onderling gegevens en informatie uit te wisselen en kennis te delen over biometrie en identiteit;
    2. het bevorderen van het betrouwbaar en veilig gebruik van biometrie in al zijn verschijningsvormen.
  2. De Vereniging tracht dit doel onder meer te bereiken door:
    1. regelmatig bijeenkomsten over biometrie en identiteit te organiseren;
    2. een onafhankelijk platform te bieden waar deskundigen en geïnteresseerden in biometrie en identiteit elkaar kunnen treffen;
    3. een Nederlandstalig kennisnetwerk over biometrie en identiteit te vormen;
    4. voorlichting en advies over de maatschappelijk verantwoorde inzet van biometrie in en vanuit Nederland, in publieke en private kaders te geven.
  3. De Vereniging mag geen winst onder haar leden verdelen.
Artikel 5: Leden; Begunstigers
  1. Leden van de Vereniging zijn natuurlijke personen, die door het Bestuur als lid zijn toegelaten.
    Het Bestuur beslist omtrent de toelating van leden en begunstigers.
  2. Ingeval van niet-toelating door het Bestuur kan op verzoek van de betrokkene de eerstvolgende Algemene Vergadering alsnog tot toelating besluiten.
  3. Op voorstel van het Bestuur kan de Algemene Vergadering een lid wegens zijn bijzondere verdiensten voor de Vereniging het predicaat "erelid" verlenen.
  4. Het Bestuur houdt een register bij waarin de namen, adressen en geboortedata van de leden en begunstigers zijn opgenomen.
Artikel 6: Rechten en verplichtingen
  1. De Vereniging kan ten behoeve van de leden rechten bedingen. De Vereniging kan in een voorkomend geval ten behoeve van een lid nakoming van bedoelde rechten een schadevergoeding vorderen, tenzij het lid het Bestuur schriftelijk mededeelt het Bestuur daartoe niet te machtigen.
  2. De Vereniging kan ten laste van de leden verplichtingen aangaan.
  3. Voor zover van toepassing gelden de in het eerste en tweede lid bedoelde rechten en verplichtingen ook ten opzichte van het lid jegens de Vereniging.
  4. Tenzij in deze statuten anders is bepaald, worden de in het eerste, tweede en derde lid bedoelde bevoegdheden uitgeoefend door het Bestuur.
  5. De Vereniging kan door een besluit van het Bestuur, van de Algemene Vergadering of van een ander orgaan verplichtingen - al dan niet van financiële aard - aan de leden opleggen.
  6. De leden zijn voorts verplicht zich jegens elkaar en jegens de Vereniging te gedragen naar hetgeen door de redelijkheid en billijkheid wordt gevorderd.
  7. De leden zijn tevens gehouden:
    1. de statuten en reglementen van de Vereniging, alsmede de besluiten van het Bestuur, van de Algemene Vergadering of van een ander orgaan van de Vereniging na te leven;
    2. de belangen van de Vereniging niet te schaden.
  8. Begunstigers hebben geen andere rechten en verplichtingen dan die welke hun bij of krachtens de statuten zijn toegekend en opgelegd.
Artikel 7: Straffen
  1. In het algemeen zal strafbaar zijn zodanig handelen of nalaten dat in strijd is met de wet, dan wel met de statuten, reglementen en/of besluiten van organen van de Vereniging, of waardoor de belangen van de Vereniging worden geschaad.
  2. Indien de Algemene Vergadering een Tuchtreglement heeft vastgesteld, geschiedt de behandeling van overtredingen met inachtneming van het bepaalde in het Tuchtreglement en geschiedt de beoordeling en bestraffing van overtredingen door de Tuchtcommissie, die in het Tuchtreglement daartoe is aangewezen. De Tuchtcommissie bestaat uit een oneven aantal personen, waarvan één (1) lid van het verenigingsbestuur en twee (2) leden van de Vereniging. Geschiedt de behandeling door de Tuchtcommissie en door een commissie van beroep dan zijn deze als organen van de Vereniging te beschouwen.
  3. Het Bestuur is bevoegd om overtredingen te bestraffen, tenzij het Tuchtreglement een ander orgaan aanwijst.
    Indien in een Tuchtreglement geen ander orgaan wordt aangewezen, kan een lid van een opgelegde straf in beroep gaan bij de Algemene Vergadering, met inachtneming van het in het Tuchtreglement of anders van het in het zevende lid, van dit artikel bepaalde.
  4. In geval van een overtreding, als bedoeld in het eerste lid, kunnen de volgende straffen worden opgelegd:
    • berisping;
    • schorsing;
    • royement (ontzetting uit het lidmaatschap).
  5. Een schorsing kan ten hoogste voor de duur van één jaar worden opgelegd. Gedurende de periode dat een lid is geschorst, kunnen de aan het lidmaatschap verbonden rechten niet worden uitgeoefend, met uitzondering van het recht om in beroep te gaan.
  6. Royement kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid in strijd met de statuten, reglementen of besluiten van de Vereniging handelt, of de Vereniging op onredelijke wijze benadeelt.
    Nadat het Bestuur tot royement heeft besloten, wordt de betrokkene zo spoedig mogelijk door middel van een brief met bericht van ontvangst met opgave van de reden(en) van het besluit in kennis gesteld.
  7. Van een door de Vereniging opgelegde schorsing of royement kan de betrokkene binnen een maand na ontvangst van deze kennisgeving van het Bestuur in beroep gaan bij de Algemene Vergadering, tenzij het Tuchtreglement een ander orgaan aanwijst.
    Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst. Van de overige door het Bestuur van de Vereniging opgelegde straffen staat geen beroep open.
Artikel 8: Einde van het lidmaatschap
  1. Het lidmaatschap van de Vereniging eindigt:
    1. door de dood van het lid, in welk geval het lidmaatschap niet vererft;
    2. door opzegging door het lid;
    3. door opzegging door de Vereniging.
      Deze kan geschieden wanneer een lid heeft opgehouden aan de vereisten voor het lidmaatschap bij de statuten gesteld te voldoen, wanneer hij zijn verplichtingen jegens de Vereniging niet nakomt, alsook wanneer redelijkerwijs van de Vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren;
    4. door ontzetting (royement) als bedoeld in artikel 7 lid 6.
  2. Opzegging door de Vereniging geschiedt door het Bestuur.
    Royement geschiedt door het Bestuur, tenzij in een tuchtreglement anders is bepaald.
  3. Opzegging van het lidmaatschap door het lid of door de Vereniging kan slechts geschieden tegen het einde van een boekjaar en met inachtneming van een opzeggingstermijn van vier weken. Echter kan het lidmaatschap in ieder geval worden beëindigd tegen het eind van het boekjaar, volgend op het boekjaar waarin wordt opgezegd.
    Voorts kan het lidmaatschap onmiddellijk worden beëindigd indien van de Vereniging of van het lid redelijkerwijs niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.
  4. Een opzegging in strijd met het bepaalde in het vorige lid, doet het lidmaatschap eindigen op het vroegst toegelaten tijdstip volgende op de datum waartegen was opgezegd.
  5. Een lid kan zijn lidmaatschap met onmiddellijke ingang opzeggen binnen één maand nadat hem een besluit is medegedeeld tot omzetting van de Vereniging in een andere rechtsvorm of tot fusie of splitsing in de zin van Titel 7, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
  6. Een lid kan voorts zijn lidmaatschap met onmiddellijke ingang opzeggen, binnen één maand nadat hem een besluit, waarbij zijn rechten zijn beperkt, of wel zijn verplichtingen ten opzichte van de Vereniging zijn verzwaard, bekend is geworden of medegedeeld. Het besluit is alsdan niet op hem van toepassing.
    Een lid is niet bevoegd door opzegging van zijn lidmaatschap een besluit te zijnen opzichte uit te sluiten, waarbij zijn geldelijke rechten en verplichtingen zijn gewijzigd.
  7. Van een besluit tot opzegging van het lidmaatschap door de Vereniging op grond dat een lid zijn verplichtingen jegens de Vereniging niet nakomt, alsook dat redelijkerwijs van de Vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren en van een besluit tot ontzetting uit het lidmaatschap staat de betrokkene binnen een maand na de ontvangst van de kennisgeving van het besluit beroep open op de Algemene Vergadering. Hij wordt daartoe ten spoedigste Schriftelijk van het besluit met opgave van redenen in kennis gesteld.
    Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst, met dien verstande evenwel dat het geschorste lid het recht heeft zich in de Algemene Vergadering waarin het in dit lid bedoelde beroep wordt behandeld, te verantwoorden.
  8. Wanneer het lidmaatschap in de loop van een boekjaar eindigt, blijft desniettemin de jaarlijkse bijdrage voor het geheel verschuldigd.
Artikel 9: Einde van de rechten en verplichtingen van begunstigers
  1. De rechten en verplichtingen van een begunstiger kunnen te allen tijde wederzijds door opzegging worden beëindigd behoudens dat de jaarlijkse bijdrage over het lopende boekjaar voor het geheel blijft verschuldigd.
  2. Opzegging door de Vereniging geschiedt door het Bestuur.
Artikel 10: Jaarlijkse bijdragen; Verbintenissen
  1. De geldmiddelen van de Vereniging bestaan uit:
    1. contributies van de leden;
    2. ontvangsten uit bijeenkomsten, congressen, symposia, workshops;
    3. subsidies, giften en andere inkomsten.
  2. De leden zijn gehouden tot het betalen van een jaarlijkse bijdrage, die door de Algemene Vergadering zal worden vastgesteld. Zij kunnen daartoe in categorieën worden ingedeeld die een verschillende bijdrage betalen.
  3. Het Bestuur is bevoegd in bijzondere gevallen gehele of gedeeltelijke ontheffing van de verplichting tot het betalen van een bijdrage te verlenen.
  4. Diegene, aan wie het predicaat "erelid" is verleend, is vrijgesteld van het betalen van contributie.
  5. Het Bestuur is, na daartoe verkregen toestemming van de Algemene Vergadering, bevoegd verbintenissen aan het lidmaatschap te verbinden.
Artikel 11: Rechten begunstigers

Behalve de overige rechten die aan begunstigers bij of krachtens deze statuten worden toegekend, hebben zij de rechten zoals door het Bestuur aan hen worden toegekend.

Artikel 12: Bestuur
  1. Door de Algemene Vergadering worden uit de leden de Bestuursleden benoemd, waarbij in elk geval de functie van voorzitter, secretaris en penningmeester zullen worden toegewezen. Het aantal Bestuursleden wordt vastgesteld door de Algemene Vergadering met een minimum van drie leden.
  2. Bestuursleden worden kandidaat gesteld door het Bestuur of door ten minste drie leden. De kandidaatstelling geschiedt niet door middel van een bindende voordracht.
  3. In zijn eerste Bestuursvergadering na een benoeming van Bestuursleden, verdeelt het Bestuur in onderling overleg de overige functies en stelt het Bestuur de taken van de Bestuursleden vast en doet hiervan mededeling aan alle leden.
  4. Ieder Bestuurslid is tegenover de Vereniging gehouden tot een behoorlijke vervulling van de hem opgedragen taak. Indien het een aangelegenheid betreft die tot de werkkring van twee of meer Bestuursleden behoort, is ieder van hen geheel aansprakelijk terzake van een tekortkoming, tenzij deze niet aan hem is te wijten en hij niet nalatig is geweest in het treffen van maatregelen om de gevolgen daarvan af te wenden.
Artikel 13: Einde Bestuurslidmaatschap; Periodiek aftreden; Schorsing
  1. Ieder Bestuurslid wordt benoemd voor een periode van drie jaar en treedt uiterlijk drie jaar na zijn benoeming af volgens een door het Bestuur op te maken rooster. Aftredende Bestuursleden zijn terstond herbenoembaar. Wie in een tussentijdse vacature is benoemd, neemt op het rooster de plaats van zijn voorganger in.
  2. De Algemene Vergadering kan een Bestuurslid schorsen of ontslaan indien zij daartoe termijn aanwezig acht. Voor een besluit daartoe is een meerderheid vereist van ten minste twee derden van de uitgebrachte stemmen. Een schorsing die niet binnen drie maanden wordt gevolgd door een besluit tot ontslag, eindigt door het verloop van die termijn.
  3. Het Bestuurslidmaatschap eindigt voorts:
    1. door het eindigen van het lidmaatschap;
    2. door bedanken.
Artikel 14: Functies in het Bestuur; Besluitvorming van het Bestuur
  1. Het Bestuur (met uitzondering van het eerste Bestuur waarvan de leden in functie worden benoemd) wijst uit zijn midden een voorzitter, een secretaris en een penningmeester aan. Het kan voor elk van hen uit zijn midden een vervanger aanwijzen. Een Bestuurder kan meer dan één functie bekleden.
  2. Van het verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris notulen opgemaakt die door de voorzitter en de secretaris worden vastgesteld en ondertekend.
  3. Besluiten van het Bestuur kunnen in plaats van in vergadering ook Schriftelijk worden genomen, mits met algemene stemmen van alle Bestuurders.
  4. Bij huishoudelijk reglement kunnen nadere regelen aangaande de vergaderingen van en de besluitvorming door het Bestuur worden gegeven.
Artikel 15: Taak van het Bestuur; Vertegenwoordiging; Vergoedingen
  1. Behoudens de beperkingen volgens de statuten is het Bestuur belast met het besturen van de Vereniging.
  2. Indien het aantal Bestuurders beneden drie is gedaald, blijft het Bestuur bevoegd. Het is echter verplicht zo spoedig mogelijk een Algemene Vergadering bijeen te roepen waarin de voorziening in de ontstane vacature(s) aan de orde komt.
  3. Het Bestuur is bevoegd onder zijn verantwoordelijkheid bepaalde onderdelen van zijn taak te doen uitvoeren door commissies die door het Bestuur worden benoemd.
  4. Het Bestuur is, mits met goedkeuring van de Algemene Vergadering, bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding en bezwaring van registergoederen, en tot het aangaan van overeenkomsten waarbij de Vereniging zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidsstelling voor een schuld van een ander verbindt en tot vertegenwoordiging van de Vereniging ter zake van deze handelingen. Op het ontbreken van vorenbedoelde goedkeuring van de Algemene Vergadering kan tegen derden beroep worden gedaan.
  5. Het Bestuur vertegenwoordigt de Vereniging, voor zover uit de wet niet anders voortvloeit.
  6. Vertegenwoordiging en volmachten.
    1. De vereniging wordt voorts in en buiten rechte vertegenwoordigd door de voorzitter tezamen met de secretaris of tezamen met de penningmeester, dan wel bij afwezigheid van één van de genoemden tezamen met een ander bestuurslid.
    2. Het bestuur is bevoegd aan anderen een schriftelijke volmacht te verlenen, op grond waarvan deze bevoegd zijn de vereniging in de in de volmacht omschreven gevallen te vertegenwoordigen.
  7. Bevoegdheden.
    1. De bevoegdheid tot vertegenwoordiging die aan het bestuur of aan bestuursleden toekomt, is onbeperkt en onvoorwaardelijk, voor zover uit de wet niet anders voortvloeit. Een wettelijk toegelaten of voorgeschreven beperking van of voorwaarde voor de bevoegdheid tot vertegenwoordiging kan slechts door de vereniging worden ingeroepen.
    2. De uitsluiting, beperkingen en voorwaarden gelden mede voor de bevoegdheid tot vertegenwoordiging van de Vereniging ter zake van de in het vierde lid van dit artikel bedoelde handelingen.
  8. Bestuursleden aan wie krachtens de statuten of op grond van een volmacht vertegenwoordigingsbevoegdheid is toegekend, oefenen deze bevoegdheid niet uit dan nadat tevoren een bestuursbesluit is genomen waarbij tot het aangaan van de betreffende rechtshandeling is besloten.
  9. De Vereniging wordt op de vergaderingen van andere organisaties vertegenwoordigd door een daartoe door het bestuur aangewezen bestuurslid, die bevoegd is op die vergadering namens de Vereniging en de leden aan de stemming deel te nemen.
  10. Aan de Bestuurders kan een beloning worden toegekend.
    Kosten worden aan de Bestuurders op vertoon van de bewijsstukken vergoed.
Artikel 16: Jaarverslag; Rekening en verantwoording
  1. Het boekjaar van de Vereniging valt samen met het kalenderjaar.
  2. Het Bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de Vereniging en van alles betreffende de werkzaamheden van de Vereniging naar de eisen die voortvloeien uit deze werkzaamheden, op zodanige wijze een administratie te voeren en de daartoe behorende boeken, bescheiden en andere gegevensdragers op zodanige wijze te bewaren, dat te allen tijde de rechten en verplichtingen van de Vereniging kunnen worden gekend.
  3. Het Bestuur brengt op een Algemene Vergadering binnen zes maanden na afloop van het boekjaar, behoudens verlenging van deze termijn door de Algemene Vergadering, een jaarverslag uit over de gang van zaken in de Vereniging en over het gevoerde beleid. Het legt de op papier gestelde balans en de staat van baten en lasten met een toelichting ter goedkeuring aan de Algemene Vergadering over. Deze stukken worden ondertekend door de Bestuurders; ontbreekt de ondertekening van één of meer van hen, dan wordt daarvan onder opgave van redenen melding gemaakt. Na verloop van de termijn kan ieder lid van de gezamenlijke Bestuurders in rechte vorderen dat zij deze verplichtingen nakomen.
  4. De Algemene Vergadering benoemt jaarlijks uit de leden een financiële commissie van ten minste twee personen die geen deel mogen uitmaken van het Bestuur. De financiële commissie onderzoekt de in de tweede volzin van lid 3 van dit artikel genoemde stukken en brengt aan de Algemene Vergadering verslag van haar bevindingen uit. Het Bestuur is verplicht de financiële commissie ten behoeve van haar onderzoek alle door haar gevraagde inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de kas van de Vereniging en de waarden te tonen en de boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de Vereniging voor raadpleging beschikbaar te stellen.
  5. Vereist het onderzoek van de rekening en verantwoording bijzondere boekhoudkundige kennis, dan kan de financiële commissie zich door een deskundige doen bijstaan.
  6. De last van de financiële commissie kan te allen tijde door de Algemene Vergadering worden herroepen, doch slechts door de benoeming van een andere financiële commissie.
  7. Het Bestuur is verplicht de in de leden 2 en 3 van dit artikel bedoelde boeken, bescheiden en andere gegevensdragers gedurende zeven jaren te bewaren, onverminderd het hierna in lid 8 van dit artikel bepaalde.
  8. De op een gegevensdrager aangebrachte gegevens, uitgezonderd de op papier gestelde balans en staat van baten en lasten, kunnen op een andere gegevensdrager worden overgebracht en bewaard, mits de overbrenging geschiedt met juiste en volledige weergave der gegevens en deze gegevens gedurende de volledige bewaartijd beschikbaar zijn en binnen redelijke tijd leesbaar kunnen worden gemaakt.
Artikel 17: Algemene Vergaderingen
  1. Aan de Algemene Vergadering komen in de Vereniging alle bevoegdheden toe, die niet door de wet of de statuten aan het Bestuur zijn opgedragen.
  2. Jaarlijks, uiterlijk zes maanden na afloop van het boekjaar, wordt een Algemene Vergadering - de jaarvergadering - gehouden. In de jaarvergadering komen onder meer aan de orde:
    1. het jaarverslag en de rekening en verantwoording bedoeld in artikel 16 met het verslag van de aldaar bedoelde commissie;
    2. de benoeming van de in artikel 16 genoemde commissie voor het volgende boekjaar;
    3. voorziening in eventuele vacatures;
    4. voorstellen van het Bestuur of de leden, aangekondigd bij de oproeping voor de vergadering.
  3. Andere Algemene Vergaderingen worden bijeengeroepen zo dikwijls het Bestuur dit wenselijk oordeelt, of wanneer het daartoe volgens de wet of de statuten verplicht is.
  4. Voorts is het Bestuur op Schriftelijk verzoek van ten minste een zodanig aantal leden als bevoegd is tot het uitbrengen van tenminste één tiende gedeelte van de stemmen verplicht tot het bijeenroepen van een Algemene Vergadering op een termijn van niet langer dan vier weken na indiening van het verzoek. Indien aan het verzoek binnen veertien dagen geen gevolg wordt gegeven, kunnen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping overgaan door oproeping overeenkomstig artikel 21 of bij advertentie in ten minste één ter plaatse waar de Vereniging gevestigd is veel gelezen dagblad, met inachtneming van de in artikel 21 vermelde oproepingstermijn. De verzoekers kunnen alsdan anderen dan Bestuurders belasten met de leiding van de vergadering en het opstellen van de notulen.
Artikel 18: Toegang en stemrecht
  1. Toegang tot de Algemene Vergadering hebben alle leden van de Vereniging, de Bestuurder die geen lid van de Vereniging is, alle begunstigers. Geen toegang hebben geschorste leden, behoudens het bepaalde in lid 7 van artikel 8 en geschorste Bestuurders.
  2. Over toelating van andere dan de in lid 1 van dit artikel bedoelde personen beslist de Algemene Vergadering.
  3. Ieder lid van de Vereniging dat niet geschorst is, heeft één stem.
  4. Een lid kan zijn stem door een Schriftelijk daartoe gemachtigd ander lid uitbrengen.
  5. Indien het Bestuur bij de oproeping tot een Algemene Vergadering de mogelijkheid daartoe heeft geopend, zijn de leden bevoegd hun stemrecht door middel van een elektronisch communicatiemiddel uit te oefenen, mits (i) de voorwaarden te stellen aan het gebruik van het communicatiemiddel zoals de verbinding, de beveiliging en dergelijke bij de oproeping worden bekendgemaakt, (ii) het lid kan worden geïdentificeerd, (iii) het lid rechtstreeks kan kennisnemen van de verhandelingen op de vergadering, en (iv) indien deze mogelijkheid daartoe is geopend, het lid kan deelnemen aan de beraadslagingen.
  6. Indien het Bestuur de mogelijkheid daartoe Schriftelijk heeft geopend, kunnen stemmen voorafgaand aan de Algemene Vergadering via een elektronisch communicatiemiddel worden uitgebracht, doch niet eerder dan de dertigste dag voor die van de vergadering, op een speciaal daartoe aangewezen e-mailadres. Deze stemmen worden gelijkgesteld met stemmen die in de Algemene Vergadering worden uitgebracht.
Artikel 19: Voorzitterschap; Notulen
  1. De Algemene Vergaderingen worden geleid door de voorzitter van de Vereniging of zijn plaatsvervanger. Ontbreken de voorzitter en zijn plaatsvervanger, dan treedt één van de andere Bestuurders door het Bestuur aan te wijzen als voorzitter op. Wordt ook op deze wijze niet in het voorzitterschap voorzien, dan voorziet de vergadering daarin zelve. Tot dat ogenblik wordt het voorzitterschap waargenomen door de in leeftijd oudste ter vergadering aanwezige persoon.
  2. Van het verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris of een ander door de voorzitter daartoe aangewezen persoon notulen gemaakt, die door de voorzitter en de notulist worden vastgesteld en ondertekend. Zij die de vergadering bijeenroepen kunnen een notarieel proces-verbaal van het verhandelde doen opmaken. De inhoud van de notulen of van het proces-verbaal wordt ter kennis van de leden gebracht.
Artikel 20: Besluitvorming van de Algemene Vergadering
  1. Het ter Algemene Vergadering uitgesproken oordeel van de voorzitter omtrent de uitslag van een stemming is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit voor zover gestemd werd over een niet Schriftelijk vastgelegd voorstel.
  2. Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van een in het eerste lid bedoeld oordeel de juistheid ervan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats, wanneer de meerderheid van de vergadering of, indien de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of door middel van stembriefjes geschiedde, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.
  3. Voor zover de statuten of de wet niet anders bepalen, worden alle besluiten van de Algemene Vergadering genomen met volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen.
  4. Blanco stemmen en ongeldige stemmen gelden als niet uitgebracht.
  5. Indien bij een verkiezing van personen niemand de volstrekte meerderheid heeft verkregen, heeft een tweede stemming, of in geval van een bindende voordracht, een tweede stemming tussen de voorgedragen kandidaten, plaats. Heeft alsdan weer niemand de volstrekte meerderheid verkregen, dan vinden herstemmingen plaats, totdat hetzij één persoon de volstrekte meerderheid heeft verkregen, hetzij tussen twee personen is gestemd en de stemmen staken. Bij gemelde herstemmingen (waaronder niet is begrepen de tweede stemming) wordt telkens gestemd tussen de personen op wie bij de voorafgaande stemming is gestemd, evenwel uitgezonderd de persoon op wie bij die voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen is uitgebracht. Is bij die voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen op meer dan één persoon uitgebracht, dan wordt door loting uitgemaakt op wie van die personen bij de nieuwe stemming geen stemmen meer kunnen worden uitgebracht. Ingeval bij een stemming tussen twee personen de stemmen staken, beslist het lot wie van beiden is gekozen.
  6. Staken de stemmen, dan is het voorstel verworpen, onverminderd het bepaalde in lid 5 van dit artikel.
  7. Alle stemmingen geschieden mondeling. Echter kan de voorzitter bepalen dat de stemmen door middel van stembriefjes worden uitgebracht. Indien het betreft een verkiezing van personen kan ook een aanwezige stemgerechtigde verlangen dat de stemmen door middel van stembriefjes worden uitgebracht. Stemming door middel van stembriefjes geschiedt bij ongetekende gesloten briefjes. Besluitvorming bij acclamatie is mogelijk, tenzij een stemgerechtigde hoofdelijke stemming verlangt.
  8. Een eenstemmig besluit van alle leden, ook al zijn deze niet in een vergadering bijeen, heeft, mits met voorkennis van het Bestuur genomen, dezelfde kracht als een besluit van de Algemene Vergadering. Dit geldt ook voor besluiten tot wijziging van de statuten of tot ontbinding van de Vereniging.
  9. Zolang in een Algemene Vergadering alle leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn, kunnen geldige besluiten worden genomen, mits met algemene stemmen, omtrent alle aan de orde komende onderwerpen - dus mede een voorstel tot statutenwijziging of tot ontbinding - ook al is de oproeping niet op de voorgeschreven wijze geschied of is enig ander voorschrift omtrent het oproepen en houden van vergaderingen of een daarmee verband houdende formaliteit niet in acht genomen.
Artikel 21: Bijeenroeping Algemene Vergadering
  1. De Algemene Vergaderingen worden bijeengeroepen door het Bestuur, onverminderd het bepaalde in artikel 17 lid 4. De oproeping geschiedt Schriftelijk aan de adressen (waaronder begrepen e-mailadressen) van de leden volgens het ledenregister bedoeld in artikel 5.
    De termijn voor de oproeping bedraagt ten minste zeven dagen.
    Indien een lid hiermee Schriftelijk instemt, kan de oproeping geschieden door een langs elektronische weg toegezonden leesbaar en reproduceerbaar bericht aan het adres dat door hem voor dit doel Schriftelijk aan de Vereniging is bekend gemaakt.
  2. Bij de oproeping worden de te behandelen onderwerpen vermeld, onverminderd het bepaalde in de artikelen 22 en 23.
Artikel 22: Statutenwijziging
  1. Onverminderd het bepaalde in artikel 20 leden 8 en 9 kan in de statuten van de Vereniging geen verandering worden gebracht dan door een besluit van een Algemene Vergadering, waartoe is opgeroepen met de mededeling dat aldaar wijziging van de statuten zal worden voorgesteld.
  2. Zij die de oproeping tot de Algemene Vergadering ter behandeling van een voorstel tot statutenwijziging hebben gedaan, moeten ten minste vijf dagen vóór de vergadering een afschrift van dat voorstel, waarin de voorgedragen wijziging woordelijk is opgenomen, op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzage leggen tot na afloop van de dag waarop de vergadering wordt gehouden.
  3. Een besluit tot statutenwijziging behoeft ten minste twee derden van de uitgebrachte stemmen.
  4. Een statutenwijziging treedt niet in werking dan nadat hiervan een notariële akte is opgemaakt. Tot het doen verlijden van de akte is iedere Bestuurder bevoegd.
Artikel 23: Ontbinding
  1. De Vereniging kan worden ontbonden door een besluit van de Algemene Vergadering. Het bepaalde in de leden 1 en 3 van artikel 22 is van overeenkomstige toepassing.
  2. Na de ontbinding geschiedt de vereffening door de Bestuurders. Het Bestuur kan besluiten andere personen tot vereffenaar te benoemen.
  3. Het batig saldo na vereffening wordt aan degenen die ten tijde van het besluit tot ontbinding lid waren overgedragen. Ieder van hen ontvangt een gelijk deel. Bij het besluit tot ontbinding kan echter ook een andere bestemming aan het batig saldo worden gegeven.
  4. Na afloop van de vereffening blijven de boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de ontbonden Vereniging gedurende de bij de wet voorgeschreven termijn onder berusting van de door de vereffenaars aangewezen persoon.
  5. Op de vereffening zijn overigens de bepalingen van Titel 1, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek van toepassing.
Artikel 24: Huishoudelijk reglement
  1. De Algemene Vergadering kan een huishoudelijk reglement vaststellen.
  2. Het huishoudelijk reglement mag niet in strijd zijn met de wet, ook waar die geen dwingend recht bevat, noch met de statuten van de Vereniging.
Artikel 25: Boekjaar

Het boekjaar van de Vereniging loopt van 1 januari tot en met 31 december.